Niet omdat tuberculose plots terug is van weg geweest. Eigenlijk is tuberculose nooit weg geweest. Er is sinds jaren een dalende trend wat maakt dat de ziekte relatief zeldzaam is geworden. Hierdoor dreigt de kennis en de expertise over de ziekte langzaam te verdwijnen.
België telt jaarlijks nog iets minder dan 1.000 nieuwe gevallen van tuberculose. Niettegenstaande vrij uitgebreide pro-actieve screenings-programma’s bij verschillende risicogroepen (asielzoekers, gevangenen, contactpersonen van besmettelijke tuberculosepatiënten…) wordt in lage incidentielanden zoals België de overgrote meerderheid van de gevallen van tuberculose ontdekt doordat patiënten zelf met klachten bij de medische sector terecht komen. Dit betreft meer dan 80% van de gemelde gevallen. Een groot deel van die 80% zal bij de huisarts terecht komen.
Daarom is het voor de huisarts belangrijk om bij specifieke klachten tuberculose in de lijst van differentieel diagnoses te behouden. En dit geldt zeker zo voor personen afkomstig uit hoge incidentielanden, personen met een verminderde immuniteit, personen met een gekende latente tuberculose infectie en contactpersonen van besmettelijke tuberculosepatiënten. Zo moet bij iedere chronische hoest tuberculose in de binnenste cirkel van het diagnostisch kader staan omdat de impact (voor patiënt en volksgezondheid) van de beslissing van de huisarts groot kan zijn.